Statistiek is
saai. Of op zijn minst lastig. “Wat moet je er mee” en “waarom zo moeilijk”,
worden vaak gevolgd door een opmerking in de trant van “ik snap er helemaal
niets van, meneer”. Combineer dit met de impopulariteit van wiskunde en je zult
een flinke uitdaging ervaren als docent statistiek. Zo ook ik, als beginnend
docent.
De eerste vraag
die ik mijzelf dus heb gesteld is: ‘Hoe krijg ik mijn ietwat saaie onderwerp
toch inzichtelijk en hoe krijg ik die jongelui nu enthousiast. Wat kan ik
inzetten om ze betrokken te krijgen, iets wat bij hun belevingswereld aansluit,
maar waarmee ik wel het bruggetje kan slaan naar mijn lesstof. Iets van een
ijsbreker waarmee ik statistiek kan ontdoen van zijn stoffig image. En mijzelf
natuurlijk ook.
Zondagmiddag,
regen op de ruiten, tv op de achtergrond, tablet op schoot, oordopjes in.
Youtube. ‘Statistiek’ als zoekterm: veel hits, maar veel in de trend van een
normaalverdeling en direct een hoop jargon. ‘Meten is weten’ dan: afgezien van
een overdaad aan niet representatieve bouwvakkers, ook niet het vereiste niveau
van diepgang. Verder zoeken.
Wat zoek ik
eigenlijk? En hoe?
Misschien moet ik
een andere zoekstrategie toepassen.
‘Cool facts and
figures’, [ENTER].
Dat begint er meer
op te lijken. Een korte screening gecombineerd met wat minder-stil gegniffel
gezien de vragend blik van mijn vriendin, valt de keuze op: ‘So you think you know everything? Cool, Fun Facts!’. Hier kan ik wat mee. Het heeft een goede (up)beat
(Chelsea Dagger van The Fratellis), de beelden wisselen elkaar snel af, het
filmpje zelf duurt niet al te lang en er zitten grappige wetenswaardigheden in,
perfect! Hier moet ik de huidige generatie studenten mee kunnen
enthousiasmeren.
De truc is echter
wel om het zodanig in te zetten dat je het bruggetje weet te maken naar de
theorie. Anders wordt het leuke oefening, maar blijft het slechts dat. Goed
voor je studentevaluaties, maar didactisch minder sterk. Je dient het dus een
goede opdracht mee te geven, zodat de studenten actief aan de slag gaan en door
die activiteit betrokken raken bij het onderwerp. Ik heb ze opdracht gegeven om
zoveel mogelijk ‘gemeten feiten’ te noteren. Na afloop van het filmpje heb ik
ze gevraagd wat er genoteerd was. Hierbij heb ik consequent de term ‘variabele’
gebruikt om ze naar het jargon van de statistiek toe te begeleiden. In een
vervolgvraag heb ik ze (dit kan zowel plenair als in twee- of viertallen) laten
bepalen wat het meetniveau van de variabelen was. Dit kan ingericht worden als
studieopdracht tijdens de les, als herhalingsoefening, maar ook of als
formatieve toetsing van het opgegeven huiswerk. Al met al kun je op basis van
een kort filmpje op YouTube in combinatie met het gebruikelijke didactische
repertoire een leuke opening aan je les geven.
Het resultaat was
verbluffend. Zonder enige moeite kreeg ik de studenten betrokken bij het
onderwerp. Ze worstelden nog steeds met de statistische terminologie, maar door
de beelden uit het filmpje had ik direct een anker om ze daarin wegwijs te
maken. Je sluit aan bij de belevingswereld van de student. En dat is het grote
rendement wat er te behalen valt met een activerende opening zoals een filmpje
van YouTube. De combinatie met een eenvoudige opdracht, die je een half uurtje
aan voorbereiding kost en slechts 10 minuten in de uitvoering, is het meer dan
waard. Ik kan niet wachten op de volgende regenachtige zondag.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten